Coda - 1 september 2023
33
Caroline Jacobus
Als afsluiting van de lezing van Anke Dumez over de situatie in Oost-Congo wil ik jullie een korte passage voorlezen uit de laatste bladzijden van het boek Congo van David Van Reybrouck. Van Reybrouck vertelt het verdrietige verhaal van Congo maar toch eindigt hij zijn boek optimistisch. Hij hoort de kreet van nieuw leven in Congo…
Het nieuw Congo klinkt met een andere toon,
het nieuwe Congo zingt in de aankomsthaven van een luchthaven die galmt.
Het is het geluid van tape, bruine rollen tape rond pakken en dozen,
tape die schreeuwt als je hem ontrolt en smakt als je hem scheurt, grrrrràààà… tsjak,
tape die schraapt en krijst en tiert,
tape, meters en meters tape, in de aankomsthal van de luchthaven,
een zacht kermen rond de trolleys, als in een couveuse.
Overal volk dat zijn spullen wikkelt in zwachtels bruin plastic.
En als die eenmaal zijn aangebracht, pent men met een stift zijn naam en wijk en straat erop.
Dit gillen is geen klagen, maar de kreet van nieuw leven.” (p. 508)